Durbuy, een klein dorpje in de Belgische provincie Luxemburg, telt 400 inwoners en draagt desondanks de officiële titel "stad", de facto de kleinste stad ter wereld. Dat is meteen de hoofdreden waarom dit pittoresk gehucht is uitgegroeid tot één van de aangenamere tourist traps in Wallonië. De zoon van de Japanse keizer is al op bezoek geweest.
Toegegeven, Durbuy heeft zijn charmes, maar de plaatselijke economie draait quasi volledig op recreatie van dagjesmensen, die soms wat langer blijven in een afgehuurde bungalow. Naar het schijnt hebben deze enkele straten rond het kasteel een boeiend verhaal te vertellen van een bloeiend handelsverleden, gevuld met oorlogen en koningen met bijnamen zoals "het everzwijn van de Ardennen". Naar het schijnt, want ik heb
Durbuy, de kleinste stad ter wereld gelezen, en vijftien minuten later ben ik alles vergeten, behalve "de zoon van de Japanse keizer" en "everzwijn van de Ardennen". Oh ja, het kasteel is ooit afgebrand en toen stond er vijftig jaar niets, vooraleer een nieuw kasteel werd gebouwd.
Wie in de zomermaanden willen mountainbiken, kayaken of paintballen in de Ardeense bossen, om vervolgens neer te ploffen op een hoogtoeristisch terras, kan ik Durbuy zonder twijfel aanraden. In de souvenirwinkels is het gemakkelijk kiezen tussen een vingerhoedje en een strip over de lokale geschiedenis. De tekenstijl is typisch Waals, of wat kenners Franco-Belgisch zouden noemen. Het verhaal gaat over een historicus, die door een meteorietinslag 1000 jaar terug in de tijd wordt gekatapulteerd. Die duizend jaar leest zich in een onschuldig tempo op een kwartiertje weg.
Blijvende herinneringen aan Durbuy zijn de vakantiekiekjes met vrienden en familie. En de glorierijke overwinning tijdens het lasershooten natuurlijk.
Geplaatst op 09/08/2010
Citeren