We hebben hier stilaan ruim voldoende lansen gebroken voor
De Vliegende Hollander. U weet intussen dat deze uitgeverij (die nu al een jaartje rondspookt op de woeste stripzee), er een sport van heeft gemaakt om pareltjes uit het buitenland die tot nog toe onder de radar van de Nederlandstalige markt gevlogen waren, tot bij de lokale lezer te brengen. Echt grote kanonnen als
'Watchmen' en
'V for Vendetta' worden afgewisseld met het betere mainstreamwerk, en dat aan prijzen die concurrentieel zijn met de Engelstalige uitgaven. Wij vinden dat nog altijd heel erg leuk, maar beloven bij deze om in de toekomst onze loftrompetten daarvoor niet meer bij elk van hun uitgaven te laten schallen. Edoch een laatste maal uitgesproken respect daarvoor, alsook hip hip hoera ende [url=www.worldcup2010southafrica.com]Hup Holland Hup[/url]!
Kwestie van het evenwicht te behouden, beloven we meteen ook dat dit de laatste maal is dat we mopperen over de bij momenten wel erg noordelijk aandoende vertalingen (wat wilt u, met zo’n uitgeversnaam).
Wel, die uitgever waarover we niet meer zullen uitweiden, lanceerde enkele weken geleden de eerste twee bundelingen van Mike Mignola’s Hellboy. Dit ging gepaard met een in het wereldje erg gesmaakte passage van de Amerikaanse succesauteur doorheen de lage landen, en ondertussen is het eerste deel ook bij uw nederige dienaar beland, die dat geeneens zo erg vond.
Het verhaal over de wraakengel (-duivel) Hellboy die door niemand minder dan de steeds tot de verbeelding sprekende Raspoetin – met de hulp van enkele nazigeleerden, stel u daar verder geen vragen bij – naar de aarde is gehaald om de wereld te vernietigen, maar die besluit om zijn krachten toch maar voor de goede zaak in te zetten, is op zich weinig baanbrekend, en is volgestouwd met paranormale elementen, normaal zowat een garantie voor tenengekrul bij ondergetekende. Mignola en zijn kompaan John Byrne weten dit alles evenwel met net voldoende ironie te brengen, zodat je je zonder schuldgevoel kan laten meedrijven in Hellboys universum. Voeg daarbij tekeningen om duimen en vingers van af te likken en we worden zowaar enthousiast.
'Hellboy – Kiem van het Kwaad' belooft voor de rest van deze reeks: geen grootse kunst, maar wel ontspannende lectuur zonder dat het debiel wordt. Laat het nu net dat middenveld van de stripwereld zijn dat (zeker in Europa) nogal aan bloedarmoede lijdt, en dus verwelkomen we met veel plezier deze Amerikaanse duivel. Graag meer van dat.
Lees
hier een recensie van deel 2.