Tardi is een grote meneer, ijzersterk in verhalen rond de eeuwwisseling (
Isabelle Avondrood). Hij is groot geworden met zwart-wit vertellingen (
Het Besloten Land,
Griffu). Combineer die twee en je krijgt een verhaal over '
De Grote Oorlog'.
In zwart-wit natuurlijk, want je kunt je dit niet voorstellen in kleur. Wat in ons collectief geheugen zit, is zwart-wit. De foto's, de films, de krantenartikels... alle kleur ontbreekt hier. En maar goed ook: de gruwel is zo groot dat hij waarschijnlijk ondraaglijk zou zijn in kleur. De sfeer is er echter niet minder om. Dit is aangrijpende cinema, maar dan in stripvorm.
Het boek is opgedeeld in twee delen. Het eerste verhaal, Bomkrater, dateert al van 1983, en geeft ons een sfeerbeeld van de oorlog. In zijn kadrering gebruikt de tekenaar soms ronde en ovale vormen, wat het geheel een oudere indruk geeft. Ik kan me inbeelden dat Tardi hiervan voorbeelden heeft gevonden in tijdschriften uit die periode. Hier en daar gebruikt hij ook nog onomatopeeën zoals TAC TAC TAC van het machinegeweer of AAA van de stervende soldaten.
Ik zeg dit maar omdat hij in het tweede deel van het boek een totaal andere invalshoek kiest. Loopgravenoorlog is tien jaar later gemaakt en Tardi verlaat hier het gekunsteld estheticisme van het vorig verhaal. Hier is elke plaat in drie gelijke stroken ingedeeld. Geen kaboems meer of andere afleidende stijlfiguren. Soberheid is hier troef. Tardi lijkt hier te willen zeggen dat de gruwel voor zich spreekt, dat het onderwerp aangrijpend genoeg is en helemaal geen behoefte heeft aan kunstgrepen. Het geeft blijk van een zekere waardigheid ten opzichte van het onderwerp.
Loopgravenoorlog is een aaneenschakeling van anekdotes. Scènes waarin de kleine man speelt: soldaat tegen wil en dank, speelbal in de handen van het lot. Het gaat hier niet om een avontuur, niet over de strategie, het is geen documentaire. De strip is een poging om te begrijpen wat de man in de loopgraven meemaakt. Maar het wordt al snel duidelijk dat we dat nooit zullen kunnen bevatten. Het is een wereld van onbegrijpelijke waanzin en dat kan Tardi wel laten zien.
Het klinkt raar om te zeggen, maar de stroken die Tardi tekent zijn schitterend. Sommige zijn ware pareltjes. Als het foto's geweest waren uit die tijd, dan kwamen ze ongetwijfeld in aanmerking voor een Pullitzer Price. De drie gefusilleerden die vallen, het paardenkadaver in de boom, het lijk in de prikkeldraad, de stoet van blinde gasslachtoffers: het zijn allemaal plaatjes die je zou kunnen uitvergroten en aan de muur hangen, ware het onderwerp niet zo afschuwelijk.
Tardi hoorde verhalen van de Eerste Wereldoorlog van zijn grootvader die het allemaal zelf had meegemaakt. Dat heeft ongetwijfeld geholpen om de sfeer zo goed te treffen. Toch laat hij zich niet verleiden tot gemakkelijke emoties. Integendeel, hij beschrijft het met een zekere kille afstandelijkheid die de hopeloosheid van de situatie perfect illustreert.
In 2007 werd dit antioorlogspamflet door de kritische lezers van
ZoZoLaLa tot nummer één gestemd in de striptop 150 aller tijden. Je kan dus gerust zeggen dat Loopgravenoorlog reeds tot de klassiekers behoort. En je weet wat ze zeggen: “Een mens moet zijn klassiekers kennen!”