Covertekst
Het verhaal handelt over de korte periode, gedurende welke de twee beroemde schilders elkaar persoonlijk gekend hebben, eerst in Parijs en later in het Zuidfranse Arles. Hoofdthema is de merkwaardige, bijna op liefde lijkende, verering, die Van Gogh voor Gauguin, de man van de wereld, liefhebber van vrouwen en geliefd bij de vrouwen kan de geëxalteerde bewondering van de gefrustreerde Van Gogh voor hem en zijn werk, niet adequaat hanteren. De spanningen, die hieruit voortvloeien vindenhun bekende dramatische hoogtepunt in Alres, waar Van Gogh in 1888 woont en werkt en waar Gauguin hem gezelschap is komen houden, als Van Gogh in een aanval van razernij eerst Gauguin met een scheermes aanvalt en daarna zijn eigen oor afsnijdt. Nieuw, in ieder geval anders, in dit verhaal, is de visie van de autheur, dat de vreemde daden van Van Gogh niet uitsluitend voortkwamen uit een geestelijke kwaal, maar hun oorsprong ook vonden in een puur menselijke emotie als jaloezie.