stripINFO.be gebruikt cookies voor het bewaren van logingegevens en voorkeuren. Geen persoonlijke data wordt hierin bewaard.
Door de site te gebruiken accepteer je het gebruik van deze cookies. Deze melding verbergen
Saint-Nicolas-du-Pélem, gelegen in Bretagne, dat bezet is door de Duitse troepen omstreeks juni 1944. Een dorp, waar het ondanks de oorlog, rustig wonen is, maar waar de geruchten van een op handen zijnde geallieerde invasie de gemoederen verhitten. Iets wat aan de zeventienjarige Jules lijkt voorbij te gaan. Hij geniet van het vissen op forellen en het jagen op lijsters en eekhoorns. Een bezigheid waarmee hij een mooi centje bijverdiend. Na een dagje vissen haast hij zich naar huis, waarbij hij niet opmerkt dat er een forel uit zijn tas glipt. Als het dier dan ook nog onder zijn klompen terecht komt, maakt hij een schuiver van formaat. Eens hij op zijn buik is beland komt Jules in oog te staan met twee rode schoenen.
Die toebehoren aan Georges, een afstammeling van de laatste Russische tsaar, die omwille van gezondheidsproblemen met politieke inslag, verkast naar Saint-Nicolas-du-Pélem. Het rood van zijn schoenen symboliseert zijn haat tegenover de bolsjewisten. Het klikt meteen tussen Georges en Jules. Waarbij deze laatste ontdekt dat het leven heel wat meer te bieden heeft dan jacht en visvangst. Via Georges ontdekt Jules de filosofie, de natuurwetenschappen en de dichtkunsten. Georges op zijn beurt leert jagen en vissen. Beide knapen vullen elkaar perfect aan, en bouwen een vriendschap op voor het leven. Ze genieten samen volop van hun jeugd, de vrije natuur en van de rust die de omgeving uitstraalt. De vrede en rust wordt echter verstoord door een detachement Duitsers aangevuld met kozakken, die het dorp inpalmen. Met als doel de omgeving te zuiveren van verzetshaarden, die hun steun betuigen aan de geallieerden. De Duitsers, bijgestaan door Franse verraders gaan niet zachtzinnig te werk. Ze pikken naar willekeur burgers op die ze ondervragen, martelen en hierna zonder ook maar enig spoor van bewijs terechtstellen. Iedere burger in het dorp loopt op de toppen van zijn tenen, uit vrees de bezetter te mishagen.
Als dan tot overmaat van ramp een Duitser gekeeld wordt door partizanen, is het hek helemaal van de dam. Georges en Jules ontdekken het lijk net op het ogenblik dat een Duitse patrouille opdaagt. Onze jongens rennen voor hun leven, de kogels fluiten hen om de oren, blaffende honden snellen naar hen toe. Tijdens deze wilde vlucht verliest Georges één van zijn rode schoenen, waarna hij de andere achterlaat in een weide. Georges zal in de toekomst zijn schoenen opnieuw ontmoeten, maar dan in heel wat erbarmelijkere toestanden, dan hij ooit had kunnen vermoeden. Want de wraak van de Duitsers na de aanslag op één van hen, zet de poorten naar de hel wijd open. Scenarist Gérard Cousseau, ook wel bekend onder de pseudoniemen Gégé of Ferru, die over het algemeen humorscenario’s uitschrijft, weet in dit op historische feiten gebaseerde verhaal de gruwel van de oorlog perfect weer te geven.
Om dit gegeven een gezicht te geven, brengt hij twee jongeren ten tonele die nog geloven in de goedheid van de mens. Maar in dit verhaal dat zich afspeelt in de maanden juni en juli, verdwijnt hun onschuld als sneeuw onder de zon. zeker als ze ontdekken tot welke gruwelen mensen in staat zijn. Maar hun vriendschap voor elkaar doorstaat iedere storm, ze blijven elkaar trouw, zelfs bij de ergste gebeurtenissen die hun wereld op zijn kop zetten.
De tekeningen en de inkleuring zijn van de hand van Damien Cuvillier. Hij koos voor een ambitieuze aanpak, door zijn tekeningen in aquarel uit te voeren. Waarschijnlijk een tijdrovende bezigheid, maar het resultaat is dan ook overweldigend. Niet alleen zijn inkleuring is fraai uitgevoerd, ook de indeling van de pagina’s spreekt tot de verbeelding. De hardcover uitgave van dit album verschijnt als integrale, de softcover verschijnt in november en wordt gespreid over twee albums. Beide edities verschijnen bij Saga Uitgaven. WG.