stripINFO.be gebruikt cookies voor het bewaren van logingegevens en voorkeuren. Geen persoonlijke data wordt hierin bewaard.
Door de site te gebruiken accepteer je het gebruik van deze cookies. Deze melding verbergen
Een integrale is maar zo compleet als de samenstellers dat willen. In het geval van Sophie mogen we wel heel erg blij zijn, want deel 1 geeft de volledige ontstaansgeschiedenis van de reeks. De ondertitel is dan ook "Van Starter naar Sophie".
In deze bundel zijn drie albums samengebracht. Chronologisch volgens verschijning in Robbedoes, maar niet volgens de albumuitgave.
Beginnen doen we met Starter tegen de brokkenmakers. Starter was de naam van het figuurtje dat in Robbedoes een autorubriek verzorgde. Jidéhem maakt hem hoofdfiguur in een lang verhaal uit 1961, waarin hij het opneemt tegen een zwendelende verzekeringsmaatschappij. Van Sophie was nog geen sprake.
Dit verhaal werd pas in 1985 als album uitgegeven als nummer 21 in de onvolprezen reeks Jeugdzonden van Dupuis. Zelfs het voorwoord uit dit album én een lijst van bescikbare albums van andere reeksen op moment van verschijnen zijn hier mee opgenomen.
Het tweede verhaal in deze bundel maakt helemaal de link tussen Starter en Sophie. Het is een avontuur van Starter met zijn vriend Pieters (van haarkleur veranderd sedert het vorige verhaal), waarin Sophie evenmin voorkomt. Maar het verhaal werd later wel opgenomen in de reeks Sophie als nummer 6: Het huis aan de overkant. Om dit te kunnen verantwoorden bedient Jidéhem zich van een elegant trucje: Starter en Pieters vertellen hun avontuur aan Sophie en haar vader, wat resulteert in 3 pagina's vooraan en 3 achteraan met Sophie, die het oorspronkelijke verhaal inkaderen. Ook zitten er verspreid in het verhaal op moment van de albumuitgave toegevoegde plaatjes die het vertellen illustreren en de link naar Sophie blijven maken. Het oorspronkelijke verhaal dateert van 1963, de aanvullingen zijn uit 1971.
Het derde verhaal, Het ei van Karapolie, is het 1e album in de reeks Sophie. Hier ontmoeten Sophie en het duo Starter-Pieters elkaar en wordt de basis gelegd van latere avonturen. Dit verhaal stamt uit 1964.
Naast de 3 grote verhalen die in dit 1e deel van de integrale zijn opgenomen is er ook het razend interessante dossier. Er wordt aandacht besteed aan de vroegste stripprestaties van Jidéhem (Ginger), maar ook waar de namen Sophie en Karapolie vandaan komen.
Tevens worden we verwend met een nooit vertaald microverhaal van Starter uit 1959, La révolte des autos. Nooit vertaald is letterlijk te nemen, het wordt hier in het Frans afgedrukt. Dat is geenszins een probleem, want er is wel een Nederlandse omschrijving van wat er gebeurt op de plaatjes.
Jidéhem (°1935) was een assistent en ook vriend van de grote Franquin. Zijn echte naam is vooral bekend uit Guust Flater: Jean De Mesmaeker. Voor de looks van deze contract-net-niet-tekenende zakenman baseerde Franquin zich trouwens op de vader van Jidéhem.
De stijl van Jidéhem sluit dan ook vrij dicht aan bij die van Franquin. Door in deze integrale het werk chronologisch te rangschikken kunnen we ook mooi zijn evolutie zien, van het microverhaal uit 1959 over De brokkenmakers tot de aanvullingen bij verhaal 2.
Een belangrijk aspect van Jidéhems werk is de aandacht voor natuurgetrouwe details. Vooral bij auto's valt dit op, maar ook (net als bij Franquin) kan je in interieurs een aantal stijliconen zien die nog steeds de tand des tijds hebben doorstaan. Dit is trouwens iets wat in zijn latere werk (de laatste verhalen van Ginger oa) nog meer tot uiting komt. Misschien een tip voor uitgeverij Arboris om ook Ginger eens op een integralelijstje te zetten? Op mijn verlanglijstje staat het alvast!
Wie het stripfiguurtje Sophie niet zou kennen hoeft enkel maar naar de cover van het 1e deel van de integrale te kijken: een vrolijk meisje dat door een wei huppelt. Zelden is de term "spring in 't veld" beter geïllustreerd geweest, en zelden was deze ook zo van toepassing. Sophie was het allereerste meisje dat een titelrol in een stripreeks kreeg in het Dupuisuniversum, ook dat wordt netjes uit de doeken gedaan in het dossier.
Met strips die (zelfs) ouder zijn dan uw recensent is het altijd de vraag of ze niet gedateerd zijn. De verhalen zijn relatief eenvoudig, dat is zeer zeker zo. Grafisch is het werk bijzonder verzorgd en oogt het aangenaam. Eenvoudig, dat wel. Maar je krijgt er toch steeds weer een goed gevoel van, zoals bij het meeste van auteurs uit de school van Marcinelle uit die periode.
Topintegrale !
Dit is een officiële stripinfo.be recensie, geplaatst door een medewerker van ons team. stripinfo.be werkt samen met uitgevers om u deze recencies te brengen.