Een hele natie wordt decennialang meegesleept door één persoon. Die persoon wordt als de vader van de hele natie aanzien. Hij wordt bijna bovennatuurlijke krachten toebedeeld, maar is natuurlijk wel sterfelijk. Dus sterft De grote roerganger, en laat hij heel China verweesd achter. Bovendien dreigt de Bende van Vier de revolutie in gevaar te brengen! Er heerst dus grote onrust in het land, en tegelijk dreigt weer een enorme hongersnood omdat het landbouwbeleid mislukt is.
Wie de geschiedenis van communistisch China kent, weet echter dat Deng Xiaoping redding brengt door ... kapitalistische ideeën beetje bij beetje in te voeren. De geest van Mao wordt dus feitelijk verdreven. Onderwijs wordt weer toegankelijk, de collectivisatie van de landbouw wordt teruggeschroefd, er worden industriële werkplaatsen opgericht. En vandaag de dag zien we hoever zijn beleid China gebracht heeft.
Kunwu en Ôtié willen ons echter geen Grote Geschiedenis-les geven. Ze blijven hun hoofdpersoon op de huid zitten, en de reactie van de gewone man primeren. Er wordt om Mao getreurd alsof hij een pas overleden Noord-Koreaans dictator was. Wij westerlingen kunnen ons moeilijk voorstellen dat wij in groten getale een laatste groet gaan brengen aan onze Leider, tenzij die koning Boudewijn heet natuurlijk.
Intussen probeert Xiao er alles aan te doen om lid te kunnen worden van de communistische partij. Hiervoor is geen moeite hem teveel, maar toch zal het een hele tijd duren. Ondanks zijn fysieke inspanningen, is het zijn tekentalent dat hem erin doet slagen. Zijn bourgeois-achtig talent blijkt dan toch belangrijker dan zijn proletarische labeur.
Dit tweede deel geeft ons opnieuw een kijk op het communistische China vanuit de ogen van de gewone bevolking. Een kijk die ons westerlingen alleen maar kan verbazen, en misschien een beetje beter kan doen begrijpen hoe de Chinees denkt, hoewel de oosterse ondoorgrondelijkheid wel niet direct zal doorbroken worden.
Geplaatst op 25/04/2012
Citeren