Cromwell Stone 2, 3

Ergens las ik dat deel 2 en 3 van Andreas' striptrilogie 'Cromwell Stone' niet te volgen waren als je niet eerst deel 1 had gelezen. Ik heb het eerste deel nog steeds niet te pakken gekregen, maar de twee volgende toch gekocht omdat de tekeningen mij de adem deden stokken. Voorheen beschouwde ik Giovanni Piranesi (1720-1778) en Maurits Escher (1898-1972) als mijn meest geliefde tekenaars, daar is Andreas Martens (geb. 1951) bij gekomen. Plaat 19 van deel 2 bevat een afbeelding van een laboratorium, waarbij ik meteen moest denken aan Piranesi's beroemde prentenserie 'Imaginaire kerkers'. In plaat 3 van deel 3 meen ik Escher te herkennen (ik doel hier beslist niet op plagiaat). Hoewel er duidelijk verschil is tussen het tweede en het derde deel, blijft het tekenwerk magistraal. Het tweede deel is heel druk, zeer gedetailleerd en overwegend donker. Het derde deel is lichter en rustiger. Ik kan het verschil in de tekeningen niet uit de tekst verklaren, want beide delen zijn allesbehalve vrolijk en hebben niets luchtigs of zonnigs.

Dat ik deze strip als griezelverhaal heb bestempeld, komt dat omdat ik eigenlijk geen genre ken waar dit verhaal inpast. Het is het beste te beschrijven als een hallucinatie, maar dan een die Andreas elke dag een paar uur in beslag moet hebben genomen.
Deel 2 geeft tussen neus en lippen door een variant op de Big Bang, maar dan wel met een mythologische lading. De kosmos wordt bestierd door scheppers of goden, die (net als heel veel mensen) alleen in zichzelf geïnteresseerd zijn. Een van die goden is per ongeluk op aarde terecht gekomen en is door die gebeurtenis niet alleen aan onze planeet gekluisterd, maar heeft kennelijk ook aan macht ingeboet. Deze schepper heeft mensen nodig om zich van de aarde te bevrijden en bewandelt raadselachtige wegen om die mensen voor zijn goddelijke karretje te spannen. Ik weet niet of dat in deel 1 ook zo is, maar in de door mij gelezen albums hebben de betrokkenen, met uitzondering van Cromwell Stone, er niet tot nauwelijks weet van dat ze door een god gebruikt worden in een spel van kosmische afmetingen, waarbij de menselijke spelers zonder mededogen worden opgeofferd. Ik kan niet ontkennen dat ik onder de indruk ben van Andreas' bizarre fantasie.

In deel 2 speelt de zakenmagnaat Phil Parthington de hoofdrol en is Cromwell Stone de verteller. Door gebruik (of misbruik) van mensen is (in deel 1) door de god een sleutel gemaakt, die hem in staat moet stellen de aarde te verlaten. Het verhaal gaat over de strijd om die sleutel en de manier om die bij Cromwell Stone af te leveren, waarbij goddelijke krachten en wonderen de arme stervelingen tot waanzin drijven. Geholpen door een oude stationschef met een mismaakt gezicht en slechts een oog, bereiken Phil en zijn vrouw de plaats van bestemming, want alles schijnt voorbestemd. Cromwell Stone stelt tenslotte de sleutel in werking, een gebeurtenis die alleen Phils echtgenote Marlène overleeft. Vlak voor zijn sterven overhandigt Cromwell aan Marlène een geheimzinnige doos, die zij naar Schotland moet brengen.

In deel 3 draait alles om Marlène en speelt de godheid de bestierende rol. Het begint met het neerstorten van Marlène's vliegtuig, dat in botsing komt met een ander toestel dat het symbool draagt van een cirkel met punt. Zij wordt opgevangen door een echtpaar, waarvan de enige dochter is overleden, een vrouw met een mismaakt gezicht en maar een oog; het andere was niets meer dan een cirkel met een punt. Phil komt terug maar heeft nu maar een oog ter beschikking (het oog van de oude stationschef?). Marlène moet, handelend uit een soort dwangneurose de doos, met daarin Cromwells testament, naar de top van een kennelijk kennelijk oeroude toren brengen, die van bovenaf gezien een cirkel met een punt toont. Alle personen in dit deel schijnen à la Calvijn gepredestineerd te zijn, met als doel de uiteindelijke bevrijding van de god, waarbij Marlène geestelijk in de vergetelheid ondergaat.

De tekeningen hebben een beklemmende werking en maken dit griezelverhaal tot een apocalyptische geschiedenis. Kleding, de natuurlijke omgeving, de vogels, de gebouwen, alles wordt door Andreas gebruikt om grafisch de dramatiek van de vertelling te verhogen.
Los daarvan zijn de tekeningen ook om allerlei andere redenen bewonderenswaardig: het spelen met kaders of met zwarte en witte vlakken. Iets wat mij bij voorbeeld opviel is dat Andreas in een plaatje soms dezelfde personen sequentieel in verschillende houdingen afbeeldt. In deel 3 doet hij dat op de eerste plaat ook met vliegtuigen.

Het gaat bij Andreas bepaald niet om leesvoer of luchtig amusement. Niet alleen de tekst dwingt tot herlezen, ook de tekeningen vragen extra aandacht. De kwaliteit van de strip 'Cromwell Stone' is niet met sterren of cijfers te duiden. Deze strip is 'hors catégorie'. Uitgever, ik zie met spanning uit naar een herdruk van deel 1.
Geplaatst op 20/02/2006 Citeren
Avatar
Hans Bekker
Geplaatst op 20/02/2006