G.J. Arnaud heeft al een indrukwekkende bibliografie met een 400 tal boeken, waarvan er enkele tientallen behoren tot De Nieuwe Ijstijd. Deze boeken zijn dan nog eens bestsellers ook.
Studio Jotim, dat speciaal voor dit doel opgericht werd, stelde zich als doel deze boeken te verstrippen. Omdat het onmogelijk zou zijn dit volgens het huidige systeem te doen, waarbij gemiddeld om het jaar 1 album verschijnt, werd een hele reeks tekenaars samengebracht om samen de albums te maken. Niet zo nieuw, want het gebeurde ook al in De Geheime Driehoek. Het verschil is echter dat ze hier allemaal samen elk een bepaald onderdeel van elk tekeningetje maken om zo tot een geheel te komen. Iemand tekent de hoofdpersonnages, iemand de nevenpersonnages, iemand de achtergronden, iemand kleurt, iemand voegt alles samen... Een beetje zoals in tekenfilmstudios gebeurt dus. Met dat verschil dat het hier wel een virtuele studio betreft: iedereen maakt thuis zijn tekeningen en stuurt deze elektronisch op. Zo hoopt men op 3 jaar 8 albums te kunnen maken, die samen de eerste cyclus, Jdrien genaamd, moeten vormen. Daarna volgen nog andere cyclussen die ook elk 8 albums zouden moeten tellen.
Het verhaal gaat over een wereld waarin een nieuwe ijstijd is aangebroken en de macht is in handen van de spoorwegmaatschappijen.
Lien Rag is een glacioloog die een nieuwe expeditie wil beginnen, maar bij ondervindt dat niet iedereen bij de spoorwegmaatschappij daar zo blij mee is en hij krijgt dus veel tegenwind. Blijkbaar zijn er dingen die men liever niet bekend laat worden...
De wereld van de Nieuwe Ijstijd is boeiend. Heel het aardoppervlak bedekt met ijs, alle vervoer verloopt via de trein en dan zijn er nog de mysterieuze Rossen... Toch vervult deze reeks niet alle beloften. Het grootste probleem hierbij is het scenario. De adaptie is van de hand van Bonifay, van wie we ook al het zeer geslaagde Zoo (met Frank) mochten lezen. Maar hier ziet bij zich blijkbaar geen meester over de grote hoeveelheid te verwerken verhaal. Hij wil blijkbaar elke gebeurtenis uit de boeken ook in de strips proppen zonder de reeks te lang te maken (ik weet dit niet zeker, ik heb de boeken niet gelezen, maar het komt zo over). Het gevolg is dat de ene gebeurtenis zeer gauw de andere opvolgt, waarbij alles nogal vlug wordt afgehaspeld. Hierdoor komt het geheel nogal onsamenhangend over. Ook slaagt hij er hierdoor nergens in om echte spanning op te bouwen. Elke belangrijke gebeurtenis spint zich uit over 2 of 3 pagina's, waar er meestal 10 zouden nodig geweest zijn om het goed uit te werken. Misschien had hij toch beter hier en daar wat plotlijnen uit de boeken geschrapt om de overgehouden verhalen beter te kunnen uitwerken. Tijd voor echte karakterontwikkeling is er bijgevolg ook al niet hetgeen ervoor zorgt dat de strips toch wel vrij oppervlakkig zijn, echt meeleven met de personages is er alsnog niet bij.
Naar mate de reeks vordert, verloopt het verhaal iets vloeiender en zijn de overgangen beter geslaagd, maar nog steeds worden alle gebeurtenissen te kort belicht.
De tekeningen zijn niet veel beter. Door het moordende tempo dat moet gehaald worden kunnen de tekenaars er niet genoeg tijd aan spenderen om ze mooi uit te werken. De plaatjes ogen dan ook steriel en onpersoonlijk. Soms zien ze er zelfs wat slordig uit. Sommige achtergronden zijn echter best spectaculair maar missen toch nog steeds enige diepgang.
Vanaf deel 4 worden de hoofdpersonnages niet meer getekend door Jérome Lereculey (Arthur) maar door Loïc Malnati (Anahire, Het Geheugen van Bamboe) die er in slaagt de mensen iets minder strak en onpersoonlijk te tekenen, maar ze zien er ook iets slordiger uit. Ik ben dus niet zeker of dit een verbetering dan wel een verslechtering betekent.
Dus een reeks met potentieel en ook vernieuwend wat betreft de werkwijze, maar de beloften worden alsnog niet ingelost. Voorlopig blijven de fantastische covers van Dominique Lidwine (De Laatste Wolf van Oz) het beste wat de reeks te bieden heeft. Toch weiger ik nog ze af te schrijven omdat ik blijf hopen op een verbetering, vooral dan in de uitwerking van de verhalen.
Geplaatst op 12/12/2004
Citeren